2017 1 Hay-on-Wye - Llanthony
Maandag 22 mei Etappe 58
Na het eerste Engelse ontbijt is het rugzakken inpakken en om 9 uur wordt voor onze B&B ‘Rest for the tired’ onze beginfoto in T-shirt gemaakt. Het is prima weer, wel wat bewolkt maar toch al rond de 15°C. De weersverwachting is dat het vandaag rond de 20°C zal worden en dat blijft de rest van de week zo.
We kopen nog appels, komkommer en tomaten en zijn dan al gauw buiten de bebouwde kom. Vandaag zal het qua natuurschoon de mooiste en ruigste tocht van deze vakantie worden, want we gaan de Black Mountains in: het meest oostelijke deel van national park Brecon Beacons. Het is al direct mooi: een groen dal met weilanden en veel hagen en bomen. Het klimt gestaag en na een uur komen de heibergen in zicht. Het is een lange donkere wand vóór ons.
Rechts ligt een parkeerplaats voor de dagjesmensen die Hay Bluff willen beklimmen, dat is de noordelijkste punt van de keten die wij gaan volgen. Ons pad klimt gestaag links daarvan op de helling omhoog. Er zijn hier slechts een paar wandelaars. Tegen twaalf uur zijn we bijna boven en lunchen we met koffie. Wat een prachtige omgeving en uitzicht! Qua lopen gaat het eigenlijk heel erg goed, want we hebben in pakweg 2½ uur een 600 meter geklommen plus 8 km. overbrugd.
Boven op de bergketen gaat het licht glooiend door donkere heidevelden over een pad dat vaak met grote vierkanten natuurstenen is verstevigd. Links en rechts van ons gaat het 400 meter omlaag, maar door de afgeronde top van deze keten zien we daar niet heel veel van. Nu schiet het veel minder op dan gedacht: we hebben bijna 3 uur nodig voor de volgende 8 kilometer. De reden is misschien het klimmen van vanmorgen, misschien ook de stevige tegenwind waardoor ook de truien aan moeten.
Tussen de talloze schapen en paarden met hun kleintjes (het is duidelijk lente) zetten we nog eens koffie. Daarna is het van Offa’s Dyke Path af, rechts omlaag naar Llanthony waar we vandaag overnachten. Het gaat heel, heel steil omlaag, maar wat een uitzicht: de grote ruïne van de priory ligt midden in de weilanden in een groen dal omzoomd door heibergen. Dit zijn ansichtkaart plaatjes!
Llanthony is eigenlijk niet meer dan die ruïne en een stuk of vier huizen die allemaal met toerisme te maken hebben: hotel, camping, pub. Het is supersfeervol vanwege de ligging en omdat het nu niet heel druk is, gewoon gezellig. Onze tent staat al snel op een privéveldje met picknickbank aan het riviertje. Zo zijn we zelfs te vroeg bij de Half Moon Inn waar we willen eten (een kwartier: hij gaat pas om 18u. open). Ondertussen praten we met een Londense die hier een week is om een oud vervallen landhuis op te knappen. Vrijwilligerswerk begrijpen we. Het plezier spat er van af!
In de leuke pub drinken we het goed te drinken lokale Wye bier (Butty Bach) en wordt met het verslag begonnen. We spelen ook het nieuwe lichtgewicht spelletje dat we van Marie-José hebben gekregen ‘love letter’. Het eten is helaas echte pub grub met veel vet en friet. De komende dagen moeten we slim kiezen wat we eten, want dit is niet goed voor twee weken. Om half 10 liggen we al in de tent: het is nog redelijk warm én er is nog bijna volop daglicht. De vogels fluiten alsof het overdag is. Zucht.