2017 2 Llanthony - Llanvetherine
Dinsdag 23 mei Etappe 59
Zoals te verwachten zijn we heel vroeg wakker. We dwingen ons tot tenminste half 8 in bed te blijven. Tegen die tijd miezert het en buiten zien we ook dat de heuveltoppen in de wolken liggen. Dat is niet volgens de voorspelling, maar wel iets waar we rekening mee hielden. We eten en pakken in de miezerregen in en vertrekken. Bij de ruïne maken we nog wat ‘mist’ieke foto’s en dan gaan we de berg op: rechts met een aanzienlijk rustiger klim dan we gisteren (links) omlaag kwamen. Het is wel weer prachtig, het dal rechts wordt breder en groener terwijl het boven behoorlijk woest en ruig blijft.
We volgen op de bergrug weer Offa’s Dyke Path en zien ondanks de mist dat het einde wel in zicht komt: het gaat geleidelijk omlaag en voor ons liggen alleen nog groene heuvels met hier en daar een losse heideberg. In het laatste steile deel van de afdaling komen we langs een hillfort en eten we achter een muurtje een appel. Het is namelijk ondanks de bewolking nog best warm, minstens 15°C. Vanaf nu klaart het ook op en als we net voor Pandy op een grashelling lunchen, zien we ook de eerste zon weer. Er passeren nu op korte tijd redelijk wat wandelaars. Die móeten wel op dezelfde plek hebben overnacht. Ook een Nederlands koppel komt langs, ze puffen nogal. Dat is deels vanwege de helling maar zeker ook vanwege de warmte.
Voor ons volgt Limburg-achtig heuvelland tussen Pandy en onze volgende pauze: de Hunters Moon Inn in Llangattock-Lingoed. Het wordt nu behoorlijk warm, richting 25°C, en we zijn blij dat de zwaarste hellingen voorbij zijn. Achter ons is continu prachtig uitzicht op de grijze heibergen van de Black Mountains.
De Hunters Moon Inn is een plaatje: een leuke pub met een terras met uitzicht op een piepklein oud kerkje. We blijven hier onder de parasol wel drie uur. Eerst drinken we shandy, daarna Butty Bach. Ondertussen wordt het verslag bijgeschreven (Rob) en het kerkhof verkend (Marion), daarna doen we een serie ‘love letter’ spelletjes. De tijd vliegt om en het lijkt wel hartje zomer. Tegen half zes eten we curry met rijst en kopen we een fles witte wijn waarvan het merendeel in de wijnzak mee gaat naar onze overnachtingsplek die iets meer dan een uur lopen hiervandaan ligt. Vooral Marion voelt de alcohol, maar het loopt evengoed prima.
Tegen half 8 zijn we in Llanvetherine bij The Great Tre Rhew Farm, waar we de tent kunnen opzetten ondanks dat ze geen B&B of camping meer hebben. Dat is in ieder geval zo via mail afgesproken. De oude man weet van niets maar zegt dat het wel OK is: ‘we do campers’. Zijn schoondochter komt uit een ander huis en zij herinnert zich wel nog wat van Nederlanders die een monstertocht maken. Ze is superaardig en al snel staat de tent in een groot boterbloemveld. Het is met een hek afgescheiden van de overige weilanden, want morgen heel vroeg gaan ze hier lammeren laden voor de markt.
Na een beker witte wijn en wat noten, maken we nog een praatje met de oude man over het Welsh: die taal was vroeger verboden op school, dus hij spreekt het niet en vindt dat eeuwig zonde. Tegen half 10 liggen we in bed.