2018 12 Oversteek Mont St. Michel
Woensdag 30 mei Etappe 92
Het is flink bewolkt vandaag, maar gelukkig wel droog en warm genoeg om de baai over te steken. Dat moet namelijk met korte broek en blote voeten, wat met kou toch geen pretje zal zijn. Verwend als we zijn ontbijten we weer aan een picknicktafel. Zolang die er nog zijn, moeten we die gebruiken. Straks in het binnenland zullen we ze wel gaan missen.
Met alles ingepakt in de rugzakken, dus ook de bergschoenen en wandelstokken, en zelf met de minirugzakjes om staan we om half tien bij de receptie waar de taxi al snel aan komt. Hij heeft de camping gebeld maar geen code gekregen om la Caserne te mogen binnenrijden, omdat wij nog niet ons VISA nummer hebben doorgegeven. Dat gebeurt dus direct en zo is geregeld dat onze rugzakken straks bij de receptie van de volgende camping kunnen komen. Het punt is dat de dijk van Mont St. Michel is vervangen door een brug om de totale verzanding tegen te gaan. Daarbij hebben ze ook in één keer pendelbussen geïntroduceerd en de brug plus het vastelandsplaatsje la Caserne voor auto’s verboden. Iedereen moet nu nog verder landinwaarts parkeren. In la Caserne liggen echter een aantal hotels en onze camping en gasten daarvan krijgen een code zodat ze toch dat gebied binnen kunnen. Dat hebben we nu voor onze taxi geregeld.
We lopen naar Bec d’Andaine waar het al aardig druk is en tot onze teleurstelling het restaurant nog is gesloten ondanks het papiertje dat het om 9 uur opent. Het is wachten op onze gids Didier en die is er om half elf. We blijken met een groep van ruwweg 40 personen te lopen, veelal rond onze leeftijd en allemaal Fransen. Aan de rand van het strand volgt een uitvoerige uitleg over het gebied, de regels en de gevaren. De baai blijkt 200 km2 groot te zijn, er lopen wel 15000 schapen over de grasvlaktes en ze kunnen het gebied niet verbieden voor groepen zonder gids, omdat er een wet is over vrij toegankelijk zeegebied (wat ook maar goed is). Een aardige grap is dat ze volgens hem een woord hebben vergeten bij de zin ’ga niet de baai in zonder gids’ namelijk ‘Didier’.
De oversteek zelf is 7 km. en duurt 2½ uur. Het lopen met blote voeten gaat goed, waarschijnlijk is dit ook de enige manier om hier te lopen. Het is namelijk soms alleen hard zand, maar vaker is dat bedekt door glibberige modder tot 10 cm. diep waarin schoenen zouden blijven steken. Het oversteken van de waterstromen, feitelijk de riviertjes die in de baai uitmonden, zijn het zwaarste en spectaculairst. Die moeten we telkens in groepen van vijf, hand in hand en tegelijk oversteken. Bij de eerste houdt dat in dat we een modderhelling van een meter omlaag moeten en daarna weer omhoog zodat iedereen tot zijn knieën in de drab zit. De laatste stroom is net voor de Mont St. Michel en stroomt het hardste. Didier zoekt een tijd waar we het beste kunnen oversteken en vanaf de vestingmuur hebben we veel bekijks. Ook dit gaat goed. Het was leuk dit eens gedaan te hebben en ook nog als onderdeel van onze Grand Tour, maar we zijn ook blij dat wij hier ophouden terwijl de rest van de groep over een half uur weer terug moet…
Mont St. Michel is eenzelfde toeristische heksenketel als we ons allebei nog herinneren. We lopen het stadje dan ook niet in, maar wassen alleen onze voeten buiten de poort en eten een sandwich. We komen vanavond nog eens terug in de hoop dat het dan rustiger is. Over de brug lopen we de laatste twee kilometer van vandaag. Leuk hoe ze het draaien van de bussen hebben geregeld: ze hebben aan de voor-en achterkant een stuur en de chauffeur wisselt van plaats bij elk eindpunt.
Om drie uur zijn we bij onze camping en even later staat de tent op, in een straatje alleen voor wandelaars/fietsers. Wij staan met onze Hubba Hubba aan het ene uiterste einde daarvan, twee vrouwen met fiets staan met hún Hubba Hubba even later aan het andere einde. We draaien de was, doen wat inkopen in de souvenir-supermarkt die hier ligt en toch ook een hoek met normale etenswaren heeft en komen bij. Het was dan wel niet ver, vermoeiend was het wel en we zijn wat bang voor spierpijn morgen.
Dit gebied van la Caserne is na het afsluiten voor alle verkeer nu behoorlijk autovrij en wel aangenaam, hoewel het eigenlijk slechts een combinatie van moderne hotels en restaurants is die overal in de wereld zo zouden kunnen liggen. De groepen Aziaten zijn weer uitzonderlijk, haast kinderen zoals ze hulpeloos achter hun gids aanlopen en onderling nauwelijks lijken te communiceren. Waarschijnlijk zien we dat verkeerd, maar zo lijkt het wel. In de pendelbus die we wat later naar het stadje nemen zitten er zelfs twee met monddoeken. Zoveel smog is niet hier nu ook weer niet op het Franse platteland…
In Mont St. Michel is het nu een stuk rustiger, maar we blijven niet lang. Vanmiddag hadden we al bedacht om het klooster niet te bezoeken, want dan hadden we veel eerder hier moeten zijn vanwege de sluitingstijd en zoveel geven we nu ook weer niet om religieuze architectuur. Daarom rest hier alleen nog dat ene straatje waar je overdag nauwelijks doorheen komt. We eten in één van de restaurants in la Caserne en dat is prima. Alleen zitten hier weer die groepen Aziaten met flessen ketchup op tafel en een Amerikaans die zonder de menukeuze te hebben gemaakt aan de ober vraagt wat voor wijn hij kan aanbevelen. De Fransen moet gek worden hiervan. Zoals altijd liggen we rond half tien in bed.