2019 8 Candes-St.Martin - Chinon
Vrijdag 7 juni Etappe 118
Tegen drie uur werden we wakker van geluid en dat bleek de regenbuis te zijn die door onze kamer loopt: flinke regen. Als we opstaan is het grauw en motregent het. Vandaag daarom weer eens in volle regenuitrusting op pad. De GR3 verlaat de Loire en zelfs de Vienne om Fontenay de l’Abbaye aan te doen. Dat is het grootste kloostercomplex van Europa en was ook nauw verbonden aan de Plantagets, de familie die jarenlang het Franse koningshuis vormde. De zes kilometer daarheen gaat voor een deel over glooiend veld en voor een deel door bos. Het valt nog mee qua weer, want eigenlijk blijft het de hele tijd droog. Door het natte gras geldt dat echter niet voor de schoenen en voeten.
Fontenay is ingericht op toeristen en heeft bij de ingang van de abdij een aangenaam autovrij plein met veel horeca die helaas allemaal gesloten is. We gaan de abdij in en daar zijn lockers groot genoeg voor onze rugzakken! Hier gaan we eerst op zoek naar koffie, maar zelfs de koffiehoek gaat pas om 12 uur open. We komen bij toeval in het hotel dat erbij hoort en vragen bij de receptie of er koffie te krijgen is. Die is er en we worden vriendelijk verwezen naar de Nespresso koffie-ruimte voor hotelgasten. Gratis koffie dus vandaag. Weer buiten maken we een rondje om de abdij heen met wisselend zon en wolken. De achterkant van de kerk is zoals altijd (voor ons) het mooiste. Verder heeft dit complex alles wat je zou verwachten: grote kerk, rijk gebeeldhouwde ingang, mooie kloostergang en wat lijkbaren.
Na een uur hebben we het gezien, pikken we de rugzakken op en vertrekken we weer het bos in. Nu regent het wel, maar het waait ook nog enorm. We hebben geluk dat we wat beschut aan de goede kant van een groot bos (militair oefenterrein) lopen. Aan de achterkant van dit bos lunchen we, met het windvangende bos in onze rug. Ondanks de neerslag is het een voortreffelijke lunch met vers brood (uit Fontenay), koffie en gekookt ei, komkommer en Comté voor op het brood.
We dalen nu af naar de Vienne die we stroomopwaarts moeten volgen tot Chinon, onze overnachtingsplaats voor de komende twee dagen. Er zijn nog wat huizen met mergelgrotten, maar vooral de kerncentrale van Chinon met zijn grote wolken vallen op. Onder in het dal is een café open en om op te warmen drinken we daar thee en chocomel, Het is namelijk koud met die regen en wind, dus ondanks de rokende jagers maken we gebruik van deze droge en windvrije plek. De resterende negen kilometer naar Chinon kost ons in de stromende regen over een glibberige landweg 2½ uur. Op de weg liggen overal takken en halve bomen, dus hier is het flink tekeer gegaan. En niet zo lang geleden, want overal zitten nog verse en groene bladeren aan. Het dondert zelfs even wat, dus het is wat spookachtig weer.
We zijn het helemaal met elkaar eens op de camping van Chinon: als we hier een hutje of stacaravan kunnen huren, dan doen we dat. We kunnen inderdaad voor één nacht een soort trekkershut van canvaszeil huren. Daarin staat een echt bed, tafel met krukken, een aanrecht en is licht en stroom. Dat doen we direct en we zijn enorm blij met dit onderkomen. Er wordt biologische wijn gekocht, chips en nootjes en als die op zijn en een paar spelletjes verder, maken en eten we twee pakjes vriesdroog-eten. We kunnen zelfs bijna alle was draaien en drogen. Niet slecht! Om 21u. liggen we doodmoe in bed, terwijl het nu wel droog is maar wel nog flink waait.